01-11-2008

Grondsoort

Haren bestaat uit een hoog deel, welke wordt gevormd door twee parallel lopende zandruggen: de Hondsrug (Helpman - Haren) en een hieraan lopende rug (Essen - Onnen).
De zandruggen bestaan uit fijn leemhoudend zand.
Aan weerszijden van deze ruggen liggen brede, met leem gevulde lagen. Afhankelijk van de mate waarin deze gronden ontwaterd kunnen worden, zijn zij geschikt als weide- of hooilanden.
De beheersing van het grondwaterpeil is een belangrijke voorwaarde voor een rendabele landbouw. Optimaal is de verhouding vaste deeltjes-water-zuurstof 1-1-1.
Wanner de grondwaterspiegel zeer hoog ligt, op minder dan 45 cm, betekent dit dat er te weinig zuurstof en teveel water in de bodem aanwezig zijn om goede plantengroei te garanderen.
De volkstuinen liggen in de Oosterpolder, een gebied met veenweiden: oorspronkelijk stroomgebied Hunze
De grondsoort is leemhoudend zand gemengd met veen. Op geringe diepte kan turf worden gevonden. Bij grote droogte ontstaan scheuren en kan de aarde moeilijk worden bevochtigd.
De veenlaag houdt een sterke ontwatering tegen, waardoor de resultaten achterblijven. De optimale grondwaterstand ligt tussen 50 en 80 cm onder het maaiveld, terwijl een venige bodem in de polder slechts een ontwatering tot 45 cm onder het maaiveld toestaat.

Geen opmerkingen: